Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Geen spijsoffer, dat gij den HEERE zult offeren, zal met desem gemaakt worden; want van geen [17]zuurdesem, en van geen [18]honig zult gijlieden den HEERE vuuroffer aansteken. 17. Versta dit van de vrijwillige offeranden. Want in de dankoffers geldt deze wet niet, onder hfdst.7 vs.13, noch in de offeranden der eerstelingen, onder, hfdst.23 vs.17, en hier in vs.12. 18. De honig werd met den zuurdesem verboden, omdat hij niettegenstaande zijne zoetigheid, den aard heeft het deeg, waarmede hij vermengd is, te verzuren en te doen rijzen.